De grondlegger van de ATAG begon zijn carrière bij de DRU in 1929 als werkmeester in de bankwerkerij en werd door directeur Sassen aangenomen.
Tijdink beschouwde hem als zijn grote leermeester.
Op de foto uiterst rechts dhr. Tijdink.
J. Oosterveen (alg.hoofd gieterij), Th. Sessink (hoofd bedrijfsdienst),
H. Veen en J. van Wezel (bedrijfsrationalisatie), J. Teitink, J. Gruson,Jo Verhoeven,
J. Belterman, Th. Beumer en R. Vet (afd. boekhouding en personeel),Th. van Loosen en Th. Geerts (tekenkamer), Wilma Mulders (secretaresse van Tijdink).
Vlak na de oorlog werd Tijdink uitgekozen om zitting te nemen in een speciale commissie die in het kader van de herstelbetalingen was belast met de confiscatie van bedrijven in Duitsland.
Samen met de directeur van Verblifa uit Doesburg werd Tijdink destijds namens economische zaken gestationeerd te Baden-Baden in Zuid-Duitsland dat in handen was van de Fransen.
De machinerieen gingen voor een appel en een ei naar Nederland. Tijdink lette daarbij vooral
op de balans: de kleine bedrijven bleven gespaard.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten